Incidentie bacteriële co-/superinfecties bij patiënten met een COVID-19-pneumonie in de eerste lijn
ICPC
R83.03Naam van de richtlijn
Publicatiedatum van de richtlijn
Onderwerp
Korte titel
Achtergrond
In enkele Nederlandse onderzoeken is bekeken hoe vaak een bacteriële coverwekker voorkomt bij patiënten met een COVID-19-pneumonie. De onderzoeken vonden plaats in het ziekenhuis en betroffen patiënten op de Spoedeisende Hulp en patiënten die opgenomen waren in het ziekenhuis, al dan niet op de IC. Bij 1,2 tot 8% van de patiënten werd een bacteriële co-infectie vastgesteld. Kanttekening hierbij is dat een aanzienlijk deel van de patiënten empirisch al antibiotica gekregen had voor presentatie in het ziekenhuis. Bacteriële co-/superinfecties lijken niet veelvuldig voor te komen bij COVID-19, maar dit is niet onderzocht in de eerste lijn vóór het starten van antibiotica.
Uitgangsvraag PICO
P
Hoe vaak komen bacteriële co-/superinfecties voor bij patiënten met een COVID-19-pneumonie in de huisartsenpraktijk?
Patiënten met een COVID-19-pneumonie
I
n.v.t.
C
n.v.t.
O
Prevalentie bacteriële co-/superinfectie
Gewenst onderzoeksonderwerp
Verwacht effect van de onderzoeksuitkomst voor de richtlijn
Mogelijk heeft het gevolgen voor de aanbeveling over antibiotica.