Incidentie bacteriële co-/superinfecties bij patiënten met een COVID-19-pneumonie in de eerste lijn

ICPC

R83.03

Naam van de richtlijn

NHG-Standaard COVID-19

Publicatiedatum van de richtlijn

Juli 2021

Onderwerp

Bacteriële co-/superinfecties COVID-19

Korte titel

Incidentie bacteriële co-/superinfecties bij patiënten met een COVID-19-pneumonie in de eerste lijn

Achtergrond

In enkele Nederlandse onderzoeken is bekeken hoe vaak een bacteriële coverwekker voorkomt bij patiënten met een COVID-19-pneumonie. De onderzoeken vonden plaats in het ziekenhuis en betroffen patiënten op de Spoedeisende Hulp en patiënten die opgenomen waren in het ziekenhuis, al dan niet op de IC. Bij 1,2 tot 8% van de patiënten werd een bacteriële co-infectie vastgesteld. Kanttekening hierbij is dat een aanzienlijk deel van de patiënten empirisch al antibiotica gekregen had voor presentatie in het ziekenhuis. Bacteriële co-/superinfecties lijken niet veelvuldig voor te komen bij COVID-19, maar dit is niet onderzocht in de eerste lijn vóór het starten van antibiotica.

Uitgangsvraag PICO

P

Hoe vaak komen bacteriële co-/superinfecties voor bij patiënten met een COVID-19-pneumonie in de huisartsenpraktijk? 

Patiënten met een COVID-19-pneumonie

I

n.v.t.

C

n.v.t.

O

Prevalentie bacteriële co-/superinfectie

Gewenst onderzoeksonderwerp

Klinisch onderzoek

Verwacht effect van de onderzoeksuitkomst voor de richtlijn

Mogelijk heeft het gevolgen voor de aanbeveling over antibiotica.