Fysiek trainingsprogramma
ICPC
R83.04Naam van de richtlijn
Publicatiedatum van de richtlijn
Onderwerp
Korte titel
Achtergrond
Er is op dit moment weinig literatuur beschikbaar over de effectiviteit van een fysiek trainingsprogramma na COVID-19 ten opzichte van geen training. Gezien de breed gedragen opvatting dat fysieke training bij specifieke patiënten van meerwaarde kan zijn en gezien de huidige (2021) paramedische herstelzorgregeling waarbij patiënten fysio- en oefentherapie na COVID-19 vergoed krijgen, is het onwaarschijnlijk dat deze vraag in Nederland door middel van een RCT goed beantwoord kan worden. Het is wel mogelijk om te onderzoeken welke interventie de voorkeur heeft.
Uitgangsvraag PICO
P
Volwassenen die COVID-19 hebben doorgemaakt en die ≥ 6 weken nog beperkingen ervaren in het dagelijks functioneren als gevolg van vermoeidheid bij fysieke inspanning, dyspneu bij fysieke inspanning, verminderde inspanningstolerantie, balansproblemen en/of verminderde spierkracht.
I
Fysiek trainingsprogramma A
C
Fysiek trainingsprogramma B
O
Fysiek functioneren, kwaliteit van leven, fysieke fitheid (aerobe capaciteit), spierkracht, vermoeidheid, fysieke activiteit, adverse events (onder andere post-exertional malaise), terugkeer naar werk, patiënttevredenheid.
Gewenst onderzoeksonderwerp
Verwacht effect van de onderzoeksuitkomst voor de richtlijn
De uitkomst van dit onderzoek kan richting geven aan de invulling van de fysieke training bij patiënten die COVID-19 hebben doorgemaakt.