NHG-Standpunten

Prostaatkankerscreening voorlopig niet geïndiceerd


Huisartsen hoeven het bestaande terughoudende screeningsbeleid niet aan te passen.


De resultaten van de European Randomized Study of Screening for Prostate Cancer (ERSCP) zijn gepubliceerd in het toonaangevende New England Journal of Medicine. De trial is begin jaren ’90 opgezet om helderheid te scheppen over de eventuele baten van prostaatkankerscreening door middel van een PSA-bepaling. Een PSA-waarde van tenminste 3,0 ng/milliliter werd in het onderzoek beschouwd als een indicatie tot het nemen van prostaatbiopten om te beoordelen of er daadwerkelijk sprake was van prostaatcarcinoom. De onderzoekers vonden in de screeningsgroep na een gemiddelde follow-up duur van 9 jaar een reductie van 20 procent op het primaire eindpunt van het onderzoek: de sterfte aan prostaatcarcinoom.

Dat oogt indrukwekkend, maar betekent nog lang niet dat het pleidooi voor prostaatkankerscreening nu beslecht is. Dat wordt inzichtelijk als men ziet dat men 1410 mannen moet screenen, 340 moet biopteren en bij 82 mannen de diagnose prostaatkanker moet stellen om 1 geval van sterfte aan prostaatkanker te voorkomen. Bij 48 mannen zou de tumor zonder screening onontdekt zijn gebleven.  Het laat zich raden dat de wetenschap prostaatkankerdrager te zijn, alsmede de daaruit voortvloeiende noodzaak van periodieke controles en/of behandeling bij veel mannen een negatieve invloed zal hebben op de kwaliteit van leven, zeker als men bedenkt dat een deel van de betrokkenen zonder screening nooit enige hinder van het carcinoom zou hebben ondervonden. Bovendien genereren de door screening gevonden extra prostaatcarcinomen aanzienlijke extra kosten, zodat de kosteneffectiviteit van de screening moet worden betwijfeld.

Grootschalig bevolkingsonderzoek op prostaatkanker door middel van een PSA-bepaling is op basis van dit onderzoek vooralsnog niet geïndiceerd. Dat geldt mutatis mutandis voor opportunistische screening bij oudere mannen zonder klachten. Huisartsen hoeven het bestaande terughoudende screeningsbeleid dus niet aan te passen. Dit standpunt komt inhoudelijk overeen met dat van de Nederlandse Vereniging voor Urologie (www.nvu.nl).

Meer informatie over het ERSCP-onderzoek alsmede een redactioneel commentaar is te vinden op de site van Huisarts en Wetenschap (www.henw.org) en de site van de Nederlandse Vereniging voor Urologie (www.nvu.nl).
Voor de voorlichting aan patiënten met vragen over onderzoek naar prostaatcarcinoom kijkt u op Thuisarts.nl.

De keuzehulp 'Testen op prostaatkanker' ondersteunt de besluitvorming van patiënten.