Orale anticoagulantia na intracerebrale bloeding (al dan niet ten tijde van gebruik van orale anticoagulantia)
ICPC
K90Naam van de richtlijn
Publicatiedatum van de richtlijn
Onderwerp
Korte titel
Achtergrond
Ongeveer een derde deel van de volwassenen met een spontane intracerebrale bloeding gebruiken trombocytenaggregatieremmers of anticoagulantia vanwege eerdere hart- en vaatziekten of risicofactoren daarvoor. Na een intracerebrale bloeding worden deze middelen direct gestopt vanwege het risico op groei van het hematoom. Het is onduidelijk of het aan te bevelen is om deze middelen na de intracerebrale bloeding weer op te starten, omdat ze in theorie het risico op een recidief intracerebrale bloeding verhogen, maar het risico op een trombotisch event verlagen.
Uitgangsvraag PICO
P
patiënten > 18 jaar met een spontane intracerebrale bloeding
I
orale anticoagulantia (DOAC of vitamine K-antagonisten)
C
geen orale anticoagulantia of placebo
O
- recidief TIA/herseninfarct
- overige ischemische hart- en vaatziekten
- spontane intracerebrale bloeding
- overige ernstige bloeding
- mortaliteit
- bijwerkingen
- kwaliteit van leven
Gewenst onderzoeksonderwerp
Verwacht effect van de onderzoeksuitkomst voor de richtlijn
Het opstellen van een aanbeveling over (her)start van orale anticoagulantia na een spontane intracerebrale bloeding.